Indonesië

Indonesië
Bloggend van de bodem

Het merk van de rat

11 December 2012, 5:02

Ik blog deze reis wat minder dan andere reizen. Dat komt vooral doordat ik eigenlijk maar voor 1 ding kom, duiken. Hierdoor wat minder stoere verhalen over Pakistaanse politiebureaus, in het ravijn donderende treinen, of dagenlang door de bush hobbelen in gammele busjes. Ik blog ook minder omdat ik minder tijd te doden heb. Een flink deel van mijn dag zit ik op de boot richting duikstek, zweef ik langs het koraal, en zit ik gewoon heerlijk zen na te genieten van de dag. Ik kom net van Pulau Bunaken vandaan, en daar was het leven simpel en paradijselijk. Het bestond uit opstaan, ontbijt, duiken, duiken, lunch, duiken, bier drinken, diner, napraten, slapen. Rinse & repeat.

Wat een verschil was het met Manado; die drukke stoffige stad met het vastgelopen, toeterende verkeer. Toen ik daar ‘s nachts per vliegtuig aankwam was elk hotel dat ik binnenliep helemaal vol. Na bij een stuk of vier hotels bot te hebben gevangen was er eindelijk een hotel waar ze precies nog 1 kamer over hadden. De lobby beloofde weinig goeds en de kamer was goedkoop, maar verschrikkelijk. Geen enkel raam, peuken op de vloer, gore vlekken op het bed, en een badkamer waar alles kapot was. De remsporen van de vorige bewoner zaten nog in de plee. Maar goed, voor 1 nacht overleef ik het wel. Heb mijn yogamat maar op het bed gelegd, heb van mijn vest een kussen gemaakt en ik ben in mijn eigen lakenzak gekropen – het bed en de lakens waren echt te smerig.

Midden in de nacht werd er keihard op mijn deur gebonsd. “Mister! Mister!!” WTF? Slaapdronken trok ik wat kleren aan, opende de deur en daar stond een meisje van het hotel met een kop koffie en een stukje toast. Het was natuurlijk al acht uur, niks midden in de nacht, maar in mijn cel merkte ik daar niks van.

Snel maar inpakken en weg uit die dump. Op zoek naar de publieke boot richting Bunaken. Ik had al min of meer besloten waar ik wilde verblijven. Over “sea breeze resort” had ik erg goede verhalen gehoord van de Duitser Gerhard, die in Derawan was en van Bunaken vandaan kwam. Het was niet de goedkoopste maar over de goedkopere opties waren de recensies op internet niet positief.

In de haven werd ik echter aangesproken door een “hawker” van Daniel’s Homestay. Hij had een best overtuigend verkooppraatje, dat hij nog eens onderstreepte door ook een goedkope bootverbinding aan te bieden. Eentje die binnen een half uur kon vertrekken, in tegenstelling tot de publieke boot die moest wachten op vloed, een paar uur later. Ik hield nog even de boot af, maar eenmaal aangekomen bleek het een leuk resort dat net naast Sea breeze zat. De prijs was echter heel wat beter, als in: drie keer zo goedkoop. Ik sprak met een spaans stel die er al een dag zat en zij waren tevreden. Het duikcentrum zag er professioneel uit, de divemaster was een aardige gozer, dus besloot ik ook maar te blijven. Prima beslissing.

Alle resorts op Bunaken zijn op basis van volledig pension, omdat er geen enkel restaurant op het eiland zit. Of andersom natuurlijk, beetje geval kip/ei. Ik kreeg een verlate lunch die goed smaakte, en ging daarna de buurt wat verkennen, en heb ook even gesnorkeld voor de deur. Dat viel niet tegen. Teruggekomen bleek dat in het huisje naast mij een bekende zat: Pej, een Canadees, oorspronkelijk uit Iran, met wie ik ook in Derawan heb gedoken. Aardige kerel, die ook nog in hetzelfde vakgebied zit als ik (hij is al twee jaar op reis met zijn mobiele webdesign-bedrijfje) en met hem heb ik wat Anker-biertjes gedronken.

Het duiken rond Bunaken is fantastisch. Misschien wordt het wat eentonig voor de thuisblijvers. Maar voor mij niet. Grotendeels bestaan de rifs uit “drop offs”, muren van kleurrijk koraal die verdwijnen in de peilloze diepte. De afstanden naar de duiksites waren kleiner dan in Derawan, maximaal een half uurtje in de boot. Hierdoor konden we voor de lunch twee duiken maken, en daarna gewoon terug naar het resort waar we als hongerige honden aanvielen op de lekkere lunch. Voor de die hards (zoals ik) kon er dan meestal ‘s middags nog een derde duik gemaakt worden. Voor de meesten was dit teveel van het goede maar ik kan er nog steeds geen genoeg van krijgen en had op de een of andere manier totaal geen last van moeheid; integendeel, bijna energie teveel. Soms zelfs teveel voor de divemasters, die op een dag twee duiken ook wel genoeg vonden, en rust nodig hadden… 🙁

Een van de vaste “bewoners” van het resort was de Duitser Hans, die gepensioneerd was en zich met volle overgave op onderwaterfotografie had gestort. Zijn foto’s hingen in het resort, en ze zijn erg indrukwekkend. Als echte Duitser was hij uiterst perfectionistisch; zelfs op de mooiste foto’s had hij aanmerkingen (“nicht scharf!”, “die Augen sind nicht so gut!”) maar hij was toch ook wel erg trots op zijn foto’s; hij toonde ze aan werkelijk iedereen. Van twee foto’s wist hij niet wat voor dieren dat waren, en de duikgidsen hadden ook geen idee. Ze zagen er ook bizar, maar prachtig uit. Dus heb ik hem geholpen om de foto’s op reddit.com te zetten en de volgende dag wisten we al dat het om de “candy crab” en de “porcelain crab” ging. Fantastisch toch, dat internet.

Voor de rest zat er een wisselend gezelschap uit vele windstreken. Oa uit Colombia, Spanje, Japan, en na een paar dagen stroomden de kaaskoppen opeens binnen. Eerst een jong stel waarmee ik eerlijk gezegd niet echt een heel goede klik had, en later vier samenreizende Hollanders waarmee ik uren gezellig heb zitten toepen. Iedereen in het resort was duiker,  of op zijn minst snorkelaar; want wat heb je anders op zo’n eiland te zoeken? Dus er was altijd wel gespreksstof maar het gesprek bleef niet beperkt tot duiken. Er zaten erg interessante mensen tussen, waarmee ik vaak fascinerende gesprekken had. Niet alleen gingen we in het water de diepte in, maar ook tijdens discussies. Er was ook genoeg tijd voor en doordat het er zo heerlijk paradijselijk rustig was was iedereen ook in de juiste state of mind voor goede gesprekken.

Het was een resort dat gerund werd door lokale indonesiers. Hierdoor was de prijs lager dan veel andere resorts die door oa Australiers, Finnen of Hollanders worden gerund. Maar het betekende ook dat er veel “personeel” rondhing. Familie, vrienden, of gewoon mensen die niks beters te doen hadden. Om de tijd te doden werd er soms muziek gemaakt; er was een gitaar en iemand had zelfs een eensnarige bas gemaakt van een kist en een stuk hout. Op een avond werd de verjaardag gevierd van een van hen, en we werden uitgenodigd op het feestje. Uiteraard wilde ik wel wat meespelen op gitaar. Er werd best lekkere palmwijn geschonken en later kwam er wat sterkers bij: cap tikus, letterlijk vertaald “het rattenmerk”. Dit is de plaatselijke moonshine, lokaal gedestileerde palmwijn, zo sterk dat je neusharen wegschroeien en je het waarschijnlijk ook wel als rattenverdelgingsmiddel kan inzetten. Ook wel bekend als: landbouwgif. Ik zeg daar echter geen nee tegen, de smaak was best puur, ik werd er niet blind van, en de avond werd gezelliger en gezelliger, en de liedjes steeds meliger (en slechter).

De volgende dag lag mijn energieniveau iets lager dan op de andere dagen, en heb ik maar twee duiken gemaakt.

Dit was mijn laatste dag, dus de dag erna was het weer tijd om terug naar Manado te gaan. Samen met Sergio, een Spanjaard, en twee Javanen hadden we een boot gecharterd. Met z’n vieren hebben we de stad nog wat verkend. Ik heb een ticket geregeld naar Flores. Sergio ging verder naar Sumatra. Onze vliegtuigen vertrokken net na elkaar, vroeg in de ochtend, dus we hebben een taxi gedeeld.

Momenteel zit ik  op de luchthaven van Bali, over een klein uurtje vertrekt mijn vliegtuig naar Lubuanbajo op Flores. Het plan is om daar een liveaboard te regelen van een dag of vier, om lekker te duiken op de mooiste plekken van Komodo national parc. Dit moet wel een beetje het hoogtepunt van de reis worden, sowieso de laatste etappe. En de rest was al zo tof! Ik heb het tot nu toe echt zeldzaam goed naar mijn zin hier. Misschien is deze reis nu al leuker dan die lange vorige trip. In ieder geval heel anders.

 

 

4 reply's op “Het merk van de rat”

  1. comment number 1 by: Henk en Tineke

    Leuk om te horen dat je het zo goed naar je zin hebt en dan nog wel beter dan de vorige reis. Heerlijk toch zo.n vakantie! We worden al een beetje jaloers. Wij wensen je nog veel duikplezier en blijven je volgen.

  2. comment number 2 by: KnutzEls

    Gelukkig blog je wel heel uitvoerig en jaloersmakend. We zijn benieuwd in welk hotel in Labuanbajo je terecht bent gekomen. Wij hebben er Tempo Doeloe herinneringen aan. Maak ook van deze laatste etappe weer wat moois!

  3. comment number 3 by: Jorik

    Mooie verhalen man! Duik lecker door, maar pas op voor stekelbaarsjes!

  4. comment number 4 by: Nienke

    Met veel plezier en regelmatig een brede lach lees ik je verhalen. Misschien kan jij er een ooit een lennaly planet van maken.. Zou een stuk minder ‘stoffig’ zijn dan het origineel:) Geniet nog even van je reis.. Ik ga dit weekend ook gelijk mijn maand weg boeken.. Stond al in de planning, maar na jouw verhalen kan ik echt niet meer wachten!!

Laat een reply achter

Naam

Email (niet zichtbaar)

Website